19 juli – naar Kerak

’s Ochtends hebben we ontbeten met druiven en hoefden we eindelijk geen droge Arabische pannenkoeken naar binnen te werken. In de bus bleken ineens twee leden van de groep naar huis te zijn. We wisten wel dat ze terug wilden, maar gisterenochtend hadden ze juist besloten om te blijven. Toen ze hoorden dat ze toch terug konden zijn ze gegaan. De eerste stop was berg Nebo. Dit is volgens de bijbel de plek waar Mozes het beloofde land heeft en gezien en ook overleden zou zijn. Op de plek zelf is een kruis te zien met daarom heen een slang. Toen Mozes met zijn mensen uit de woestijn kwam waren velen natuurlijk door slangen en schorpioenen gebeten. Mozes moest van God dat kruis met die slang daar neer zetten en dan zou iedereen die er naar keek direct van zijn slangen of schorpioenenbeet genezen zijn. Wij zagen het beloofde land in ieder geval niet, want het is veel te heiig.
De volgende stop was Madaba. Hier staat een kerk die een landkaart als mozaiekvloer heeft. De kaart is op z’n kop en de schaal is erg veranderlijk, maar het is heel interessant om te zien. De bus kan niet in de buurt stoppen, maar dat deden we wel even. Janneke ging er met de gids uit en de rest bleef zitten en werd er een stuk lager uitgezet. We moesten van de gids op de stoep lopen en hij hield iedereen met oversteken. We werden behandeld als achtjarigen en dit leverde de nodige meligheid en irritatie op. Bij de kerk aangekomen moesten we eerst naar een klaslokaal wat de meligheid nog verder hielp. Na de uitleg van de kaart gingen we naar de kerk. Hier werd vroeger de uitleg gegeven, maar dat mag niet meer. Dit maakt het een stuk rustiger. Na een drankje op het terras moesten we weer naar beneden lopen naar de bus. We reden nu naar onze lunchplaats.
Wij gingen buiten in de schaduw zitten en aten de rest van de druiven en de vijgen op. Zo hadden we weer een smakelijke lunch. Na de lunch ging Jantien met iemand uit de groep alvast de juiste richting op lopen om zo nog wat beweging te krijgen. Na twintig minuten lopen werden we ingehaald door de bus en stapten we in.
Om een uur of drie kwamen we bij Kerak aan, een kruisvaardersburcht. De mensen hier hebben het alleen niet lang uitgehouden. Ze zijn letterlijk uitgehongerd. In de heuvels er tegenover lang de vijand te wachten en ze konden geen kant op. Ik heb geen idee hoe lang ze het uitgehouden hebben, maar het was geen happy end. Kerak is kleiner en minder goed bewaard gebleven dan Crac. Het is ook groot en inmens, maar binnenin kan je maar een klein rondje doen. Terwijl in Crac anderhalf uur erg kort was, waren we hier met gids er in een half uur doorheen. We hebben wat in het plaatsje gewandeld om daarna naar het hotel te gaan, wat dus niet in het plaatsje zelf ligt, maar ervoor.
In de kamer aangekomen deed de airco het niet en ook hier namen ze het niet zo nauw met schoonmaken. Na wat klooien bleek onze airco niet kapot, maar de afstandbediening. Gelukkig want er waren geen andere kamers. Toen we op bed lagen kreeg Jantien onwijze hoofdpijn en ze is dus ook gewon blijven liggen. Onze maaltijd bestond uit een Twix voor Jantien en een Sultana voor Janneke, aangezien er in het hotel geen eten bleek te zijn. Daarna zijn we gaan slapen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *