11 juli – Deir es Zor

Om 7 uur stonden we op, snel tas weer inpakken, ontbijten en om 8.00 vertrekken. Vandaag gaat de reis naar Deir es Zor. De stad zelf is niet echt het doel, maar de regio. Onderweg bezoeken we een aantal opgravingen van zeer oude steden. We stoppen in een dorpje bij een theehuis, terwijl de gids inkopen doet voor de picknick. We zijn echt een bezienswaardigheid. Er worden direct stoelen voor ons buiten in de schaduw gezet en we bestellen wat te drinken. Veel telefoons hebben tegenwoordig natuurlijk een camera en die wordt door de plaatselijke bevolking volop gebruikt om ons te fotograferen en filmen. Na een half uur bezienswaardigheid geweest te zijn gaan we op weg naar Mari. Hier komen we om 12.30 aan, dus het is goed warm (44 graden). We bekijken eerst de site, waarna we gaan lunchen. Janneke loopt een klein stukje mee, maar het gaat niet goed. Gisteren heeft ze met die zonsondergang op een schuine rand gezeten en nu is haar heup nogal pijnlijk. Ze geeft haar videocamera aan Jantien en gaat zelf terug naar de tent. De opgraving bestaat uit muren van klei en leem, maar is niet in een erg goede staat. Sinds de opgraving wordt het bloot gesteld aan de elementen en dat is te zien. Het is een apart idee dat er zoveel jaar geleden mensen gewoond hebben, maar nu is er weinig in te herkennen. Soms zie je iets bekends, zoals de bibliotheek, maar ook alleen maar omdat de gids dat aanwijst.
Na het bezoek was het tijd voor de lunch in de tent van beheerder. Er waren Arabische pannenkoeken, komkommer, tomaat, hummus (kikkererwtenpuree), la vache qui rit en roereieren. Het was lekker eten, alleen was er niets te drinken, behalve kleine kopjes thee. We moesten het dus maar met ons water doen. Na de lunch gingen we door naar Doura Europas. Ook dit is een oude nederzetting, maar veel groter. Vanwege de hitte besloten een aantal mensen in de bus te blijven, waaronder Janneke. De anderen trotseerden de hitte om de ruines te bekijken. Behalve de stadsmuur stond er niet veel meer overeind. Er was echter nog een attractie, de Eufraat, dus liepen we nog een stuk verder. Opeens beginnen een aantal mensen te roepen. Het blijkt dat ze een zeldzame gele woestijnspin hebben gezien. Het beest wordt een tijd op gepaste afstand door iedereen achtervolgd om gefotografeerd te worden. Als hij zich in een bosje verstopt lopen we weer verder. Even later staan we aan een afgrond waar langs de onderkant de Eufraat stroomt. We zijn nu zo’n 5 kilometer van Irak verwijderd. We nemen wat foto’s en gaan weer terug naar de bus. De meesten vinden het wel weer genoeg geweest in deze hitte.
We rijden nu door naar Deir es Zor, waar we zullen overnachten. Bij het hotel aangekomen gaat Janneke naar de kamer en Jantien gaat wat drinken kopen. Er is niet veel open aangezien het vrijdag, de Arabische zondag, is.
’s Avonds gaan we met z’n allen eten bij de brug van Deir es Zor. Deze voetgangersbrug is door de Fransen aangelegd. Het is niet heel bijzonder, maar is wel een bekend punt. We zitten op het terras aan de oever met uitzicht op de brug. De groetenschotel had makkelijk met de helf van de peper af gekund, maar de patat smaakt goed. Na het eten gaan we met de bus weer terug naar het hotel. Janneke gaat naar de kamer en Jantien maakt nog een wandelingetje met twee anderen. We komen langs een pannenkoekenbakker. Hij bakt de pannenkoeken/broden in een ouderwetse steenoven. Het is er ontzettend heet en wat opvalt is dat de pannenkoeken/broden maar heel kort in de oven zitten. De bakker plakt de zijkanten vol en zodra hij daarmee klaar is haalt hij de eerste er alweer uit. Na de wandeling zit voor Jantien de dag er ook op.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *