dinsdag 28 juli – Redi Dotie en Jodensavanne

28 juli a Redi DotieVanochtend gaat de wekker om half zeven. Wij hebben slecht geslapen. Alberta slaapt in het stapelbed en wij in het tweepersoonsbed ernaast. Je rolt alleen steeds naar het midden toe. We kleden ons in alle rust aan, pakken de tas in voor vandaag en we worden anderhalf uur later opgehaald voor het ontbijt.
28 juli b Redi Dotie schoolDe eerste stop is Redi Dotie, wat rode aarde betekent. De grond hier is echter wit. Het inheemse dorp lag echter eerst verderop, maar is verplaatst zodat het nu langs de weg ligt. De overheid heeft er ook een brug aangelegd en een busdienst gestart. De inheemse bevolking waren vroeger nomaden, maar zijn door de kerk overgehaald om in dorpen te gaan wonen. Omdat ze aan veel privacy gewend waren staan die huizen ver uit elkaar, er zit zo maar 100 meter tussen het ene en andere huis. We komen ook langs een school waar de kinderen nog gewoon les hebben. Hun schoolvakantie van 6 weken begint pas in augustus.
De volgende stop is de Jodensavanne. We lopen eerst naar de medicinale bron, wat een pijp uit de berg is waar water uitstroomt. Het water is de door de berg gesijpeld en zou zo aan zijn medicinale werking komen. Je kan het drinken, maar het is wel redelijk bruin. Wij laten het aan ons voorbij gaan.
Direct hiernaast ligt de Jodensavanne. Hier zijn in 1652 op uitnodiging van de Britse Lord Willoughby de Joden naartoe gekomen. Ze moesten wel belasting betalen, maar met de plantages met slaven werd grof geld verdiend.
De Jodensavanne ligt zo’n 50 kilometer hemelsbreed van Paramaribo. Als kolonisten net aankwamen vestigden zij zich liever niet aan de kust, omdat ze nog geen verdediging hadden en dat geldt ook voor de Jodensavanne. Uiteindelijk is deze plaats verlaten, omdat de verdediging door fort Nieuw Amsterdam niet zo goed bleek, er in Europa concurrentie kwam door de suikerbieten en de soldaten in de omgeving weggingen en zo hun handel opdroogden.
In de tweede wereldoorlog zijn er een hoop mensen uit Indonesië, die verdacht werden van samenwerking met de NSB naar Suriname verscheept om de Jodensavanne op te knappen. Een aantal jaar geleden is het op de UNESCO werelderfgoedlijst gekomen.
28 juli c JodensavanneWe komen eerst langs een begraafplaats met houten grafzerken. Deze zijn van vrijgekochte slaven. Er zijn twee soorten grafzerken, maar het is niet duidelijk wat het verschil is. Er zijn twee theorieën. De eerste is dat het een onderscheid is tussen man en vrouw, de tweede is dat ze met de grafsteen aangaven of je leven voltooid was of dat je niet goed genoeg geleefd had om naar de hemel te gaan.
Iets verder liggen allemaal grafstenen kris kras door elkaar. De Joden begroeven hun doden achter hun huizen. In de jaren zestig hebben soldaten alle grafstenen die ze konden vinden bij elkaar gelegd. Alleen de graven met een bakstenen muurtje zijn ook echte graven.
28 juli d JodensavanneNog iets verderop het pad ligt de ruïne van de synagoge. Er staat niet veel meer overeind, maar er is nog wel een half ingemetseld raam. Omdat de Joden veel geld met de plantages verdienden hebben ze vrij snel hun houten synagoge vervangen door een stenen en daar staat vandaag de dag dus nog iets van overeind.
We lopen hierna rustig naar de bus en rijden terug naar Overbridge. Bij de brug over de Surinamerivier stoppen we even en kunnen we uitstappen om de brug lopend over te steken, terwijl de bus gewoon de weg neemt. We komen rond de lunch aan in het restaurant en nemen direct plaats. We bestellen bakabana (gebakken banaan) met patat. We zijn niet de enige die patat hebben besteld en iedereen krijgt zijn eigen ketchup en mayonaisefles.
Na de lunch gaan we naar ons huis en die keer gaan we lopen. Overbridge is een groot terrein met langs de rivier huisjes die bij het complex horen en daar achter zijn allemaal huizen door particulieren gebouwd. Deze worden een groot deel van het jaar gewoon verhuurd en wij zitten dus in zo’n huis.
28 juli eAlles bij elkaar heeft het allemaal best lang geduurd en over een klein uurtje om half vijf gaan we al weer wandelen in de omgeving, vogels kijken.
We lopen langs de weg en horen redelijk veel vogels en zien er ook best nog wel wat. Het nadeel is wel dat de meesten behoorlijk ver zitten, zodat het zelfs met zoomlens niet echt wat wordt. De specht is eigenlijk niet meer dan een zwart lijfje met een rood bolletje als hoofd, maar we hebben er nu wel een gezien.
28 juli f ons huisjeNa de wandeling lopen we weer naar ons huisje en worden even later weer opgehaald om om acht uur te gaan eten in het restaurant. Na het eten moeten we alles voor die dag afrekenen en wij zijn voor twee maal ontbijt, lunch en avondeten 150 SRD (zo’n 40 euro) kwijt. Das niet veel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *