7 januari Buenos Aires

’s Ochtends moesten we om 10.00 uur uitgecheckt zijn. Gelukkig hadden we een kamer waar we alle spullen kwijt konden. Iets na tienen gingen we met z’n vieren op stap richting een museum. Terwijl de taxi ons afzette zei hij dat het nog niet open was en het bleek inderdaad pas om 12.00 uur open te gaan. We besloten naar de Japanse tuin te gaan. In de tuin was een enorme vijver met heel veel koikarpers, die massaal naar je toe kwamen zwemmen als bij het water stil stond. Ze hapten elke keer in de lucht wachtend op etend wat niet zou komen. Verder waren we er snel doorheen. Het was ook best warm en omdat er weinig hoge bomen stonden was er weinig schaduw. Ze verkochten er wel leuke ijsjes. Bij dit ijsje kreeg je twee plastic stokjes waarmee, als je ze goed aan het ijsje vastmaakte, je het ijsje kon laten ronddraaien, erg apart.

Voor de ingang van de Japanse tuin stond een man met een paard en wagen en Boris en Arjan leek dit erg leuk. Na wat onderhandelen en geld wisselen gingen we zitten voor een ritje van een half uur. Boris zat op de bok in een shirt van het Argentijnse voetbalteam iedereen toe te zwaaien terwijl hij “Argentina” riep. Vele mensen vonden dit een vreemd gezicht maar zwaaiden wel terug. Tijdens het rondje moesten we af en toe de grote wegen oversteken of een stukje op blijven rijden. Het was erg grappig om in een paard en wagen op een 7-baansweg te rijden. Na een half uur werden we afgezet bij de botanische tuin.

Ze hadden de botanische tuin beter de kattentuin kunnen noemen, want er zaten er erg veel. Verder was de botanische tuin, zoals eigenlijk altijd, niet interessant als je je niet voor de planten interesseert. Hierna was het tijd voor een verkoelend drankje op een heel klein terrasje op de hoek van een straat. Iedereen zat binnen in de airco, terwijl één van de twee tafels buiten in beslag namen.

Ondertussen was het museum open en iets voor 13.00 gingen we naar binnen. In het museum hebben ze een hoop schilderijen van allerlei stromingen, maar vooral modern. Wij kwamen echter niet voor die schilderijen. We hadden van anderen uit de groep gehoord dat er een erg leuke tentoonstelling is op de bovenste verdieping, dus wij direct naar boven. Er waren vier hele grote kamers gebouwd met een gordijn als deur. Iedereen moest zijn schoenen uitdoen en dan kon je naar binnen. De eerste kamer was veruit het leukst. Er lag een schuimrubberen vloer van zo’n 50 cm. Verder lagen er wat grote kussens in verschillende vormen en kleuren, kubussen, cilinders, piramides, kegels, enz, de ideale plaats om een kussengevecht te houden. Naast dit speelparadijs werd er nog rockmuziek gespeeld en foto’s van bureaublad met daarop een platenhoes en wat pennen geprojecteerd op de muren. Het kunstzinnige idee is ons helemaal ontgaan, maar we hebben wel lol gehad.

In de tweede kamer hingen een heleboel kleurige hangmatten en er werd ook weer muziek gedraaid en foto’s geprojecteerd. Hier kon je even bijkomen van de vorige kamer, alhoewel schommelen in die hangmatten ging ook erg goed.

De derde kamer was het minst. Er lagen allemaal matrassen op de grond en bij een ingang stond een bakje met nagelvijlen. Het was blijkbaar de bedoeling dat je nagelvijlend naar de muziek ging luisteren en die lelijke foto’s ging bekijken. Nadat onze nagels goed gevijld waren konden we naar de vierde kamer. Deze zat namelijk vol met ballonnen. Hier hebben we geprobeerd een soort iglo om Arjan je bouwen, maar de bovenste ballonnen bleven maar steeds niet liggen.

Na nog snel even naar de lelijke, onbegrijpelijk en soms uiterst kinderlijke kunstwerken gekeken te hebben kwamen we om 14.45 het museum weer uit. We bleken niet zo ver van de haven af te zijn, dus liepen we die kant op om wat te gaan eten. Na een uitgebreide lunch, die ook min of meer als avondeten diende gingen we richting hotel.

Om 17.30 ging Leonie zich alvast omkleden, terwijl Jantien opzoek ging naar een supermarkt om kersen te kopen voor onze ouders. Gelukkig bleek de supermarkt aan de overkant van de straat (16 banen oversteken). Helaas hadden ze nog maar één klein pakje, maar het is beter dan niets.

We zouden om 18.30 opgehaald worden door de bus, maar ze zijn hier steeds te vroeg dus om 18.10 stond er een bus voor ons hotel die ons inderdaad naar het vliegveld zou brengen. Op het vliegveld moesten we lang in de rij staan voor het inchecken, maar gelukkig hadden ze nog een raam- en gangplaats naast elkaar vrij. Na het inchecken moest de luchthaven belasting nog betaald worden, maar daar ging Boris voor in de rij staan. Nu hadden we alle tijd om de taxfree shops te bekijken. Hoewel Buenos Aires een grote stad is, verveel je je zo op het vliegveld. Er is erg weinig en al snel zat iedereen op een bankje te hangen. Leonie kocht van ons laatste geld een broodje kip en Jantien vond twee hele dure pakjes appelsap (€1,50 per stuk). Een half uur na de instap tijd konden we eindelijk instappen.

Toen we opstegen zag Jantien uit het raam een mooi schouwspel van meerdere bliksemschichten, wat niet veel goeds voorspelt. Wat wel leuk was, was dat dit vliegtuig een camera in de staart heeft zodat je het vliegtuig van bovenaf kan zien. Dit is vooral erg rustgevend bij het opstijgen omdat het einde van de startbaan nooit inzicht kwam. Vanwege het onweer wat aan de andere lag dan waar we heen moesten was het nogal een hobbelig begin met meerdere kleine luchtzakken. Leonie had al heel snel besloten om geen avondeten te nemen en direct te gaan slapen, Jantien wilde wel wat eten. Maar toen ze steeds in slaap viel, terwijl ze wachtte besloot ze maar om ook niets te nemen, ze had toch geen honger. Om half twee ’s nachts gaf ze het op en ging slapen, ze waren toen net begonnen met het uitdelen van het avondeten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *