17 juli – Butuceni en Trebujeni

Om 7.30 gaat de wekker. Ik heb de tijd want ik moet pas om half tien bij de receptie zijn voor de ochtendwandeling met gids. Ik heb beter geslapen dan in Chisinau, maar ben toch al ruim voor de wekker wakker. Het bed is echter wel veel harder, heerlijk, en het de zon schijnt niet door de gordijnen.
Het is zo’n 8 minuten lopen naar het restaurant. Het is heerlijk rustig in het dorp en meer dan een motorrijder kom ik niet tegen. Het dorp is trouwens een stoffige straat met aan weerskanten huizen, meer niet. Aangezien het brood hier heel droog is neem ik een o.a. bolletje rijst als ontbijt. Best apart, maar smaakt goed. Het lijkt een beetje op rijstebrij. Om half tien verzamelen de meeste groepsleden zich bij de receptie. We lopen met onze gids, Violette, naar het traditionele huis, iets voorbij het restaurant. Liks van de deur is een hele kleine kamer, waar een gezin wel met 10 kinderen woonden. Het fornuis staat midden in de woonkamer en er achter/boven op een verhoging sliepen de kinderen. Rechts van de deur is de gastenkamer. Die werd door het gezin niet gebruikt. Er is ook geen verwarming, dus ’s winters wilde je er waarschijnlijk ook niet zijn. Behalve als gastenverblijf werden er ook de mooie kleden en belangrijke spullen bewaard. Er is ook nog een andere “woonkamer” met dezelfde indeling alleen uitgehakt uit de rots en met een rond plafond. Dit is de zomer keuken, maar daar woonde de familie in de zomer. Het grootste verblijf is een uitgehakt wijnkelder. Dit deed tevens dienst als koelkast. Dat staat er nog een kippenschuur op het erf en dan hebben we alles gehad.
We lopen via een trap aan de achterkant omhoog naar de rotskerk. Dit hebben we gisteren al van het uitzichtpunt gezien. Van ver lijkt het een heel klein kapelletje, maar het is eigenlijk de de ingang van de trap naar beneden, de rots in. De deur is alleen helaas dicht. We lopen door naar het klooster om dat te bekijken en om de sleutel te hangen. Het klooster ziet er mooi uit, maar dat van gisteren was mooier en groter. We lopen nu met een monnik terug naar de ingang van de rotskerk. Dit is helemaal uitgehouden uit de rotsen. Er zijn ook allemaal kleine uitgehouden cellen voor de monniken. Deze worden nu niet meer gebruikt. Iedereen heeft moeite met rechtop staan, maar op het stuk wat net wat hoger is, kan ik precies staan, dus de plafondhoogte zal tussen de 1,50 en 1,65 m liggen.
Het is nu elf uur en de toer met gids is afgelopen. Ze loopt nog wel een stuk met ons mee, want ze moet naar het museum en dat is onderaan de richel waar de rotskerk en het klooster op staan. Marika, Marijke en ik besluiten om te gaan wandelen naar het andere dorp. Er zijn twee manieren om dat te doen. Een is langs de voet van de richel te lopen en de ander is door de akkerbouw heen de bandensporen volgen. We willen eigenlijk met de eerste optie beginnen, maar kunnen het begin van het pad niet vinden en besluiten via de tweede optie te beginnen. Dan moeten we eerst de brug over en dan staan we direct bij het museum, dat we dan maar besluiten direct te bezoeken. We betalen het wereldbedrag van 10 LEI (50 cent), maar daar krijg je ook wat voor. Het museum is één kamer met zo’n 8 à 10 vitrines met archeologische vondsten. Na een kwartier, inclusief wc-bezoek, staan we weer buiten. We lopen verder op de weg en na 50 meter begint het pad met de bandensporen. Aan de linkerkant groeit maïs en aan de rechterkant staan een hoop fruitbomen, zoals perzik, pruim en appel.
Na een uur zijn we aan het einde en staan we weer bij de grote weg. Aan de andere kant van de weg zijn de ruïnes van een Romeins badhuis. Na een kort bezoek lopen we de brug over en zijn we in Trebujeni. We gaan op zoek naar een plek om te lunchen en zien bordjes van twee “casas” rechts en een bord van “Villa Roz” links. Daar hebben ze alles, je kan er eten, ze hebben kamers, je kan er met je caravan of tent terecht, in ieder geval volgens het bordje. Er is wel een dicht hek. Gelukkig is het niet op slot en Marijke gaat poolshoogte nemen. Er komt een man naar buiten, Alex, en hij zegt dat als we 40 minuten hebben we hier kunnen eten. Alles komt uit eigen tuin, maar ze moeten het nog maken. We zullen soep en salade krijgen. Als we de tuin in lopen zitten Rian en Henri er al. Zij blijken mij ook een mail gestuurd te hebben dat ik hier naar toe moest voor de lunch. Zij hebben die al op en het smaakte goed. Het is een heerlijke plek waar ze zitten. Het is overdekt en de wind zorgt voor de rest van de verkoeling. Uiteindelijk blijven we hier 2,5 uur zitten. Hans, Carien en Olivier komen ook nog aanwaaien voor de lunch. Alex, onze ober, is een Oekraïner die hier helpt of eerlijk gezegd de boel runt. De eigenaresse schrikt van zoveel klanten en zegt gewoon dat er niets gegeten kan worden. Ze komt nog wel zelf de polenta brengen en heeft zich voor de gelegenheid in een traditionele blouse gestoken. Ze snijdt voor ons de polenta met een stukje touw in mooie partjes en verdwijnt dan weer. Aangezien we geen wijn willen krijgen we verse vruchtensap. Eerst een kan met bessensap en daarna met abrikozensap. Beide zijn heerlijk. De volledige maaltijd kostte ons 495 LEI (25 euro). Alle drank kregen we van het huis. We besluiten om iedere 100 LEI (5 euro) te geven, dus krijgen ze 105 LEI fooi. Dat hebben ze wel verdiend.
Om 15.20 besluiten we terug te lopen. We hebben eigenlijk weinig van het dorp gezien, maar het is niets anders dan ons “eigen” dorp. Er is nog wel een kerk in de verte te zien, maar Marijke wil er niet heen lopen om er dan achter te komen dat die dicht is. Dit blijkt later ook echt het geval te zijn horen we van anderen. We nemen nu de weg langs de voet van de richel terug. We komen dan vrij snel langs een aantal grotten halverwege de helling. We besluiten deze wel te bekijken. Het is overduidelijk dat dit vroeger zee was, want er zijn veel schelpen zichtbaar. Waar de grotten voor dienden weten we niet, maar het is een soort galerij flat van uitgehakte “appartementen”. Als we bij de gotten staan zien we Marion en Jacqueline richting Trebujeni lopen en Hans, Carien en Olivier weer op de terugweg.
Wij gaan via hetzelfde pad weer naar beneden en vervolgen onze weg. Marijke is onze gids en loopt voorop. Het is een heel smal pad en je kan alleen achter elkaar lopen. We komen nog een kapelletje tegen waar uit twee pijpen water stroomt, dit zou je kunnen drinken, maar ik gebruik het even om mijn hele stoffige voeten (ik heb sandalen aan) even af te koelen en af te spoelen, heerlijk. Onderweg komen we langs een stier, een paar koeien en een paard. Alle beesten staan wel vast met een ketting, al is die best lang. De beesten kijken niet op of om als wij langs lopen, ze zijn het blijkbaar gewend.
Ik loop steeds als laatste en dat heeft een reden. Hans, Carien en Olivier hadden een slang gezien op hun wandeltocht heen op deze route. De slangen zijn hier volkomen ongevaarlijk, maar ik heb het niet zo op die beesten. Als ik achteraan loop moeten alle slangen al verdwenen zijn voor ik er ben. Helaas. Op eens zie ik een zwarte of donker grijze slang een meter voor me richting rivier en van mij af wegvluchten. Het deed niets, maar leuk vind ik het niet.
We komen ook langs een appelboom en deze staat niet op iemand erf, dus vinden we het tijd voor een appel-pauze. De appels zijn bijna rijp, maar een beetje zuur is best lekker.
Wat opvalt is dat de route zo schoon is. Er ligt eigenlijk geen rommel. Als we dan een lege wijnfles zien liggen besluit ik die ook mee te nemen. Helaas ligt er iets verder ook nog een bierblikje wat ik dan ook maar mee neem. Een uur en drie kwartier nadat we uit Trebujeni zijn vertrokken zijn we weer in Butuceni. Ik gooi de fles en het blikje weg en we gaan naar onze kamers. Het is tijd voor een duik in het zwembad. Het water is best fris als je erin gaat, maar na 30 seconden is het heerlijk na de wandeling. Het was tijdens wandeling af en toe best heet, maar over het algemeen is het een lekkere temperatuur hier in Moldavië.
Om zeven uur besluiten we te gaan eten in het kleine restaurant in de buurt van onze huisjes. Rian, Henri en Marion, zitten er al met een fles bier. Het blijkt dat de kaart ongeveer een derde is van het andere restaurant. Ze drinken hun bier op en we lopen naar het grote restaurant. Het is hier drukker dan gisteren. Buiten is eigenlijk alleen nog plaats in een beetje een uithoek van het restaurant. Er is niet één terras, maar er zijn meerdere plekken gerealiseerd om te gaan zitten. Marika gaat alvast menukaarten halen. Nadat iedereen zijn keuze gemaakt heeft gaan Marika en ik het bij de balie bestellen. De kersentaart (placinta heeft het) is er niet meer, maar nog wel kersendumplings, dan proberen we die. Helaas blijkt nu de patat, coca cola en witte wijn er (nog) niet te zijn.
Het eten komt nu een stuk sneller en de kersendumplings smaken heerlijk. Zelfde kersensoort als gisteren, beetje zuur maar juist wel lekker in zo’n gerecht. Om het afrekenen ook niet te lang te laten duren ga ik bij de balie om de rekening vragen. Daarna rekenen we allemaal uit wat we gegeten hebben en leggen het geld op tafel. Aangezien we de rekening nog niet hebben gaan we maar met het geld naar de balie/kassa. Ze blijken andere dingen aan het doen en onze rekening wordt ter plekke alsnog gemaakt. We betalen en vertellen aan de anderen dat het klopte. Zij blijven zitten, terwijl Marika en ik terug naar onze kamers gaan. Ondertussen is het ook al weer bijna half tien.
Op de kamer nog even naar huis gebeld, was binnen gehaald en alvast een gedeelte van mijn tas ingepakt.

One thought on “17 juli – Butuceni en Trebujeni

  1. Hee Jantien!
    Leuke verhalen om te lezen 😊
    Wat beleef je veel zeg! En die tas 😳
    Gelukkig was ie binnen een dag terecht.
    Fijne vakantie nog!
    Kim

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *